Na haar eerste verlof komt zendingsverpleegster Dini Sonneveld in november 1966 terug in een erg onrustig Nigeria. De spanningen tussen de federale regering en het Ibo-gebied in Zuidoost-Nigeria nemen sterk toe. Overal zijn controleposten met militairen. Benzine en melk zijn bijna nergens meer te krijgen. De meeste vliegverbindingen zijn stopgezet. Dat betekent dat de post ook niet meer doorkomt. Een paar maanden later houdt het team er ernstig rekening mee dat er oorlog komt. In hun brief naar Nederland schrijven ze: 'De toestand is nog steeds uiterst gespannen. Ieder verwacht een uitbarsting. Wij moeten rekening houden met een overhaast vertrek.' Op 30 mei 1967 breekt de Biafra-oorlog uit.

Zuster Dini Sonnevelt is een van de drie 'bewogen pioniers' die in gehoorzaamheid aan de roepstem van hun Zender het vaderland verlaten en tientallen jaren mogen dienen in het medisch zendigswerk overzee. De andere twee zijn Coby van Rossum, de collega van Dini in Nigeria, en Marry van Moolenbroek in Irian Jaya, het vroegere Nieuw-Guinea.

In 'Bewogen pioniers' komen we hen tegen in een wereld waarin het traditionele heidendom nog volop aanwezig is. Soms bevindt de samenleving zich zelfs nog volop in het stenen tijdperk. Naast de geestelijke nood is ook de medische nood waarmee ze geconfronteerd worden schrikbarend groot. Malaria, tuberculose, huid- en oogziekten, diarree, wormziekten en ondervoeding zijn aan de orde van de dag. Het leven is er kort. Bij de geboorte sterven veel moeders en baby's. Vervloekingen komen vaak voor. In deze wereld mogen de drie zusters christelijke barmhartigheid in de praktijk brengen. Zendingswerk in woord en daad. Dat vraagt bewogenheid, zelfverloochening, volharding, geduld en liefde.