Een fantasy waarin de verschrikkingen van een onafwendbaar noodlot centraal staan

Orm, afstammeling van Vikingen, vestigt zich in Engeland en haalt zich de wraak van een heks op de hals. Zich niet bewust van de gevolgen van zijn daad, huwt hij de Engelse Aelfrida, maar de zoon die uit hun huwelijk wordt geboren, kan niet worden gedoopt omdat Orm de priester heeft weggestuurd.

Imric, hertog der elfen, wordt ervan in kennis gesteld dat een kind ongedoopt is gebleven. Met een gevangen, waanzinnige trollenvrouw maakt hij een wisselkind dat hij ervoor in de plaats legt. Het mensenkind, door de elfen Skafloc genoemd, groeit voorspoedig op in het rijk van de elfen en maakt kennis met al hun bekwaamheden, en de macht van hun magie.

Het wisselkind - half elf, half trol - door zijn ouders Valgard genoemd, groeit op tot een wrede, norse knaap, een bloeddorstige jager en een gevreesd beserker ...

In deze grillige roman vol trollen, elfen en gewone mensen, vertelt Anderson een verhaal waarin kwelling, wroeging, wanhoop en woeste razernij de voornaamste drijfveren zijn. De naam van de auteur werd door deze boeiende, originele roman vol spanning en duistere mystiek voorgoed gevestigd. En terecht.

Of, zoals de Engelse auteur Michael Moorcock het stelde: 'Uitgezonderd J.R.R. Tolkiens "In de ban van de ring" is dit een van de schaarse fantasyverhalen die ik met veel plezier heb gelezen.'