De Agni Yoga-leringen zijn door de geestelijke Hiërarchie op telepathische wijze gedicteerd aan Helena Roerich, onder coördinatie van de Meester Morya. Dit vond plaats in de jaren 1924-1937. De boeken zijn na de Tweede Wereldoorlog gepubliceerd in het Engels. De Nederlandse vertalingen dateren vanaf 1977 tot op heden. De serie bestaat uit 17 delen, waarvan de laatste vier delen momenteel vertaald worden. Omdat de centrale thema’s in elk deel terugkeren, zijn de delen ook afzonderlijk te lezen,. “De Leer is bedoeld voor de hele wereld, voor alle wezens. Hoe ruimer u begrijpt, des te meer wordt ze uw eigendom.” (Bladeren 1/417). Hart (1932) Het achtste deel van de Agni Yoga-leringen behandelt het hart als energetisch centrum in het menselijk lichaam. “Het is de grote wet het hart uit de categorie van ethische abstractie over te brengen naar een wetenschappelijke stuwkracht. De evolutionaire stap van het begrijpen van het hart moet beginnen in de dagen van Armageddon, als de enige redding van de mensheid. Waarom is men niet bereid zijn eigen hart te voelen? Men is bereid alle grillen te onderzoeken, terwijl men het meest nabije afwijst. Zelfs al noemt men het hart een machine, laat men dan alle karakteristieken van dit instrument waarnemen. Wij dringen niet aan op de morele betekenis van het hart — die is onbetwistbaar. Maar nu is het hart nodig als de reddende brug naar de Subtiele Wereld. Men moet tot erkenning komen dat een besef van de kwaliteiten van het hart de meest wezenlijke stap voor de wereld betekent. Nog nooit werd het hart als de redding beschouwd.”