New York, 1943. Linus is blij met zijn nieuwe baantje als loopjongen. Hij doet niets liever dan door de straten van Manhattan lopen dromen. Over zijn broer Apke bijvoorbeeld, die naar Europa gaat om mee te vechten in de oorlog. Of over Superman, die andere held.
Het huis in 59th Street waar Linus sinaasappels bezorgt, ziet er van buiten uit als alle andere. Binnen, in het atelier van mister Orange, is alles anders. Zelfs als het regent is het er licht, en op de muren dansen gekleurde vlakken. Niemand die fantasie zo serieus neemt als mister Orange. In zijn atelier lijkt de echte wereld ver weg...
Een brief van Apke brengt Linus terug in de harde werkelijkheid.
De oorlog in Europa lijkt helemaal niet op die in zijn fantasie.
En trouwens, wat heb je aan fantasie als je eigen broer in gevaar is?
Als je goed kijkt, kun je in mister Orange de schilder Piet Mondriaan herkennen. Zijn leven lang was hij op zoek naar nieuwe manieren om te schilderen. In de Tweede Wereldoorlog verruilde hij Europa voor New York. Zijn schilderijen werden er anders dan alles wat hij tot dan toe had gemaakt. Met zijn nieuwe schilderkunst werd Mondriaan wereldberoemd. Zijn werk heeft veel anderen op nieuwe ideeën gebracht.
Truus Matti kreeg in 2008 een Vlag en Wimpel voor haar eerste boek, Vertrektijd.
Bekijk ook het prentenboek van Wouter van Reek Keepvogel en Kijkvogel in het spoor van Mondriaan.
Speciaal voor het Gemeentemuseum Den Haag en uitgeverij Leopold maakten Truus Matti en Wouter van Reek allebei een boek over de schilder Piet Mondriaan. In september 2011 komt er een tentoonstelling over zijn werk in het Gemeentemuseum Den Haag. Houd de website www.gemeentemuseum.nl in de gaten voor de laatste informatie.