Vjjftig jaar geleden verscheen de eerste uitgave van Gulbranssens magistrale trilogie' Het geslacht Bjomdal'.die bestond uit: En eeuwig zingen de bossen. Winden waaien om de rotsen en De weg tot elkander.
In deze jubileum-editie zijn vele slèervolle tekeningen van Anton Pieck opgenomen die het boek tot een nog waardevoller bezit maken dan het reeds door zijn rijke inhoud is.
Trygve Gulbranssen weet op onnavolgbare wijze de sfeer te treflen van het ruige Noorse land met zijn diepe fjorden, zijn met sneeuw bedekte bergen en de schier oneindige, donkere wouden.
Tegen deze majestueuze achtergrond komen de personen tot leven, met hun stoere, vaak ontoegankelijke karakters, die in hun onstuimigheid nog het meest aan het wilde bruisen van een waterval herinneren. En wellicht het grootste geheim van zijn kunstenaarschap is gelegen in Gulbranssens machtige en trefzekere schildering van de menselijke gevoelens.
Zo worden de centrale personen in dit boek onvergetelijk voor ons; de oude Dag, hard en trots waar het zijn eer betreft, ongebroken in zijn tegenslag, maar ook verheven in zijn moeizaam verworven wijsheid; zijn schoondochter Adelheid, de jonge vrouw die met liefde en karakterkracht zoveel ten goede weet te keren; en ten slotte de jonge Dag, de in zichzelf gekeerde, geboren jager, met die eeuwige zwerflust in zijn bloed.
Deze onvergankelijke trilogie die in veel landen werd vertaald en een miljoenenoplage bereikte, zal weer vele lezers urenlang in de ban houden.