Als nieuw, blindstempel voorin

Geschiedenis van de westerse filosofie is een beroemd boek van een beroemd auteur. Het vormt een indrukwekkend panorama van het menselijk denken over de grote levensvragen. In één grootse en geslaagde greep schildert Russell de geschiedenis van de filosofie van de oudste tijden tot in de twintigste eeuw. Kenmerkend voor de auteur is, dat hij het denken niet als een geïsoleerd verschijnsel opvat, dat zich in studeerkamers of aan universiteiten afspeelt. Hij plaatst het uitdrukkelijk in de context van de steeds veranderende politieke en sociale omstandigheden in de maatschappij. Russell's superieure kennis van zaken, zijn zeldzaam vermogen tot de kern van de zaak door te dringen, en zijn heldere, meeslepende stijl, hebben van dit boek het klassieke standaardwerk gemaakt, dat zich laat lezen als een reeks boeiende verhalen, maar ook dienst doet als naslagwerk. Bertrand Russell (1872- 1970),'filosoof, schrijver, ethicus en politiek activist, was een van de grootste geesten van zijn tijd. Hij liet zijn sporen na op vele terreinen, maar was wellicht in de eerste plaats filosoof. Hij verrichtte pioniersarbeid op het terrein van de logica. Zijn auteurskwaliteiten werden in 195o geëerd met de Nobelprijs voor literatuur. In zijn Geschiedenis van de westerse filosofie vatte hij de inzichten samen die hij in een lang werkzaam leven had verworven. Ook in ons land werd dit werk al snel om zijn bijzondere kwaliteit gewaardeerd. De vertaling is onlangs geheel herzien. Deze editie bevat een nieuw Voorwoord door Bert Keizer, arts en filosoof.