Meetapparaten en meetmethoden in de elektronentechniek, door A. Beerens,
uitgave N.V. uitg.Mij Centrex- Eindhoven 2e verbeterde druk, mei 1966,
afmeting 20,5x14,5cm, 182 pag. en 150 figuren, gebonden hardcover.
Een uitgave in de serie Philips Technische Bibliotheek UDC nr 621 317:621 396.
© NV Philips Gloeilampenfabrieken Eindhoven, 1966.

In het boek worden de meest voorkomende metingen in de elektronentechniek behandelt en
een beschrijving gegeven van de meetapparatuur die daarbij doorgaans wordt gebruikt.
Het technische niveau van de beschrijvingen is gericht op HTS technici en de gevorderde radio- en zendamateur. Het boek dekt daarbij de NERG exameneisen omtrent meetapparaten en meetmethoden.
Het boek bevat een Woord vooraf, Inleiding, Symbolen/ eenheden en afkortingen overzicht
en is ingedeeld in 3 delen met een uitgebreide inhoudsopgave, Afgesloten wordt met een Alfabetisch register.

De inhoud:
Deel 1: Meetapparaten.
Instrumenten voor het meten van elektrische stromen en spanningen, De elektronenstraaloscilloscoop met bijbehorende hulpapparaten, Meetoscillatoren, Impedantiemeetbruggen, Frequentiemeters, Gestabiliseerde voedingsapparatuur.
Deel 2: Meetmethoden.
Het meten van elektrische stromen/ spanningen/ vermogens/ en frequenties, Het meten van weerstanden/ capaciteiten/ en zelfinducties, Metingen aan passieve netwerken, Metingen aan elektronenbuizen en transistors, Metingen aan actieve netwerken, Enige praktische wenken bij het uitvoeren van elektronische metingen.
Deel 3: Eenvoudige Foutentheorie.
Foutenbronnen en nauwkeurigheidsberekeningen.