De Franse revolutie betekent veel méér dan de verwerkelijking van geestelijke, politieke en sociale idealen in die ene staat in Europa: in 1789 werden de poorten naar een nieuwe tijd opengebroken voor de gehele wereld.

Het beginsel der volkssoevereiniteit begon zijn zegetocht: met een slag waren de woorden vrijheid, gelijkheid en broederschap niet slechts loze woorden meer. De mens is vrij geboren, schreef Rousseau, de toekomst zou hem van al zijn ketens verlossen.

De eed in de kaatsbaan en de bestorming van de Bastille waren in 1789 de zichtbare vuursignalen, die de tot dat moment ten bate van een amorele heersende klasse in slavernij levende massa in opstand bracht. De boeren leden een jammerlijk bestaan, vaakniet beter dan dieren, een tot welstand gekomen burgerij werd door de geprivilegeerde adel op allerlei manieren klein gehouden, de rechtsbedeling stond nog in het teken van middeleeuwse gruwelen. De afschaffing van de feodale rechten, de Verklaring van de Rechten van de mens, opheffing van kloosters en orden, confiscatie van het kerkelijk bezit, stichting van Staatsscholen, instelling van het burgerlijk huwelijk en tenslotte, in 1793, de afkondiging van de grondwet der Republiek, schiepen alle tesamen diepingrijpende nieuwe politieke en sociale verhoudingen.

Dit boek geeft in een betrekkelijk kort bestek een verantwoord helder beeld van de vaak chaotisch schijnende reeks evenementen, die, op een tot dusver ongekend rijke wijze met beelden uit die tijd verlucht, voor ons gaan leven alsof wij er zelf bij waren.