Chili, ergens in de toekomst. Hetland heeft een burgeroorlog achter de rug, die geeindigd is met de vlucht van generaal Pinochet. Tijdens de burgeroorlog was het land in tweeën gedeeld: het bevrijde noorden van de rebellen en het gebied van de generaal. Met deze gegevens zet Francisco Simón Rivas een fascinerend verslag in elkaar, waarin werkelijkheid en fantasie, bestaande en bedachte personen ingenieus door elkaar heen lopen.
Zo ontmoeten we de oude onderofficier bij de luchtmacht Saldaña, die twee helikopterongelukken overleeft en daarna overloopt naar de rebellen. De Wereldbollenverkoper, die in z'n eentje een guerrilla tegen de generaal begint en daarmeedestoot geeft tot zijn uiteindelijke val. De voormalige folteraar van de geheime dienst Columbo, met zijn pijnlijke biecht zonder berouw. En natuurlijk Jesús Mancini zelf, met zijn onderzoek naar de organisatie Cubresuelo, die in heel Latijns-Amerika de touwtjes in handen tracht te krijgen.
De lotgevallen van deze en andere figuren vormen een bizarre, vaak vermakelijke legpuzzel, die de lezer aan het eind van het verhaal voor de vraag stelt of er niet werkelijk een soort Cubresuelo in Latijs-Amerika werkzaam is.

Fracisco Simón Rivas is chirurg. Momenteel heeft hij zich teruggetrokken uit zijn beroep en wijdt hij zich in zijn woonplaats in het noorden van Chili volledig aan de literatuur. Het rapport-Mancini is zijn eerste roman en werd in 1982 in Columbia bekroond door een jury bestaande uit García Márques, Cortázar, Roa Bastos en Donoso.