Samenvatting

Al sinds 'Poëzie in Carré' is de vorig jaar 75 geworden Simon Vinkenoog een enthousiast promotor van poëzie in het algemeen en van het voordragen van poëzie in het bijzonder. Zijn vele belevenissen op dit vlak vormen de basis voor deze bundel verhalen. Recentelijk heeft Vinkenoog weer veel ervaring opgedaan met jonge dichters, als jurylid van de Poetry Slam in Amsterdam. Dit boek wil Vinkenoogs passie voor de poëzie overdragen, en niks is in dit verband sprekender dan de titel: 'Goede raad is vuur'.

'Poëzie schrijven is poëzie lezen' is het motto van deze kennismaking. Dit boek is dan ook een absolute aanrader voor dichters die met hun gedichten een publiek willen benaderen. Charles Baudelaire, Breyten Breytenbach, C. Buddingh', Remco Campert, Hugo Claus, Allen Ginsberg, Goethe, Johan Huizinga, Rutger Kopland, Lucebert, Paul van Ostayen, Brian Patten, Rainer Maria Rilke, Arthur Rimbaud, Bert Schierbeek, Hans Sleutelaar, Hans Verhagen: het zijn enkele van de dichters die Simon Vinkenoog in dit betoog de revue laat passeren. Dit essay laat zien hoe je alles kunt leren over poëzie op een aangename wijze, een les met sprekende voorbeelden.
Recensie(s)
Simon Vinkenoog (1928-2009) is genoegzaam bekend als een van de wegbereiders van de experimentele poezie in ons taalgebied en als Dichter des Vaderlands. Hij was iemand die voor en door de poezie leefde en met dit genre ook altijd een maatschappelijke wissel trok. In dit boekje beschouwingen aan de hand van de meest uiteenlopende gedichten (ook uit andere talen). Je herkent er onmiddellijk de stijl van de maker in: bevlogen, dwars door allerlei conventies, maar evengoed warrig, van de hak op de tak. Wat de uitgave toch aanbevelenswaard maakt, zijn: 1) de onbekendheid van sommige teksten, 2) de grote hoeveelheid historische faits-divers, 3) het overwegend originele perspectief van de schrijver, 4) de verbanden die hij legt tussen internationale ontwikkelingen en de Nederlandse situatie en 5) het enthousiasme dat hij oproept, ongetwijfeld ook bij toevallige lezers. In deze tweede druk zijn de voorbeelden uitgebreid en is er een nieuw voorwoord over zijn ontdekking van het internet.