Jan Six van Chandelier (1620-1695) heeft, zonder het te weten, een autobiografie geschreven. Het hele leven van deze Amsterdamse kruidenhandelaar passeert in zijn gedichten de revue: schooltijd, relaties met familie en vrienden, verliefdheid, politiek, reizen door Zuid-Europa en Engeland, ziekte en christelijk geloof. Het gaat hem daarbij niet om universele waarheden maar om treffende en soms bizarre details. Hij doet van alles wat hij beleeft verslag in bijzondere gedichten, waarbij hij zichzelf als uitgangspunt neemt maar zich tegelijk afvraagt hoe betrouwbaar hij eigenlijk is als verslaggever van zijn eigen leven en dat van anderen. Zijn bundel is daarom ook één grote dialoog, niet zonder zelfspot en zelfltritiek, met zijn lezers.De schrijvers van Zelfbeeld in gedichten zijn daarom ook in discussie gegaan, met elkaar, maar als het ware ook met de dichter, over de waarde van zijn poëzie voor lezers van nu, waarbij soms ook relaties met moderne dichters en gedichten worden gelegd. Om die discussie mogelijk te maken is voor de briefvorm gekozen. Er worden zelden definitieve standpunten ingenomen en de lezers krijgen alle ruimte voor een eigen visie, die getoetst kan worden aan de hand van een ruime bloemlezing uit de gedichten.Prof. dr. Riet Schenkeveld-van der Dussen was tot 2002 hoogleraar Nederlandse letterkunde 1550-1850 aan de Universiteit Utrecht. Dr. Willemien B. de Vries was docent Nederlandse letterkunde aan de Hogeschool Holland.