Al sinds zijn universiteitsjaren is kunst voor bedrijfsleider en bankier Paul Tanghe een noodzakelijk tegenwicht voor zijn zakelijke activiteiten
Als filosoof en kunstliefhebber geeft hij een kritische reflectie omtrent de zin, onzin en waanzin van het actuele kunstgebeuren: een ankerpunt in de huidige controverse
Verschijnt in januari, de maand waarin colloquia over hedendaagse kunst georganiseerd worden in Antwerpen en Luik
Wat drijft een man, die publiek vooral bekend staat als een bedrijfsleider en bankier, om een boek te schrijven over hedendaagse beeldende kunst? Paul Tanghe studeerde rechten en economie en was vanaf 1966 actief in ondernemingen, in de textielindustrie, en vanaf 1968 in de financiële sector, met name in CERA Bank en na de fusie met Kredietbank vanaf 1998 in Cera Holding en de Almanij/KBC-Groep.
Al die jaren besteedde hij evenwel zijn hele vrije tijd aan kunst. Hij behaalde een licentie filosofie en schreef een verhandeling over het kunstfilosofische onderwerp: Robert Morris: vorm en vormeloosheid. Hij bestudeerde systematisch de kunst van het Westen maar ook van andere culturen en onderzocht gedurende jaren één voor één de meest diverse muziekvormen.
Het boek is een gepassioneerde getuigenis en een boeiend filosofisch traktaat. Vanuit een beschrijving van het ontstaan en de belangrijkste kenmerken van de hedendaagse kunst trekt hij grenzen en zoekt hij naar verbanden om de beeldende kunst een plaats te geven binnen het geheel van menselijke activiteiten. Hij onderzoekt op een dieper niveau de eigenheid van de beeldende kunst door een aantal basiskenmerken ervan te belichten en hij neemt een standpunt in in de discussie over de zingevende functie van kunst. Maar ook wat betreft het gebrek aan zin en de vele vormen van waanzin binnen de hedendaagse kunst...