Het Atlantisch lied is de persoonlijke zoektocht van Caryl Phillips, waarin hij de voortdurende erfenis van de slavernij weet te doorgronden. het is een reisverhaal dat diep historisch inzicht verschaft.
Phillips reist naar drie cruciale steden: Liverpool, een stad die zijn fundamenten heeft in de slavenhandel, en zijn geschiedenis nu ontkent; Elmina, aan de Westkust van Ghana, eens de belangrijkste handelsnederzetting voor slaven in Afrika, nu een toeristische trekpleister voor Amerikanen, en Charleston, in het zuiden van Amerika, beroemd vanwege het feit dat daar de Burgeroorlog begon - en niet omdat het de plaats is waar ooit eenderde van de zwarte Amerikanen werd gekocht en verkocht.

Op het eind reist Caryl Phillips per boot van de Cariben naar Engeland, een herhaling van de tocht die hij als baby in 1958 maakte, toen zijn ouders emigreerden.

'Phillips maakt je deelgenoot van handelen, voelen en motieven van onverwachte personages en bewerkstelligt een verrassende nuancering van versteende veronderstelllingen omtrent het verleden.' - Algemeen Handelsblad

'Caryl Phillips weet als geen ander die ouderwetse magie op te roepen waardoor je je als lezer zo goed inleeft in de situatie van een ander dat de dingen die je al dacht te weten, bijvoorbeeld over slavernij of over de situatie van zwarte migranten, plots toch nog in een heel nieuw licht verschijnen.' - De Morgen

Caryl Phillips is op St. Kitts, West Indië, geboren. Hij groeide op in Engeland en schreef voor televisie, radio, theater en film. Van zijn hand verschenen eerder een non-fictieboek en zes romans. De roman De rivier over was genomineerd voor de Booker Prize 1996. Hij woont en werkt voornamelijk in New York.