Samenvatting
Cartografie geeft een overzicht van het verkennen en afbeelden van onze planeet, van de tijd van voor de boekdrukkunst tot hedendaagse satellietbeelden. Het verhaalt over cartografen, ontdekkingsreizigers en landmeters die onze wereld in kaart hebben gebracht. Het boek biedt een nieuwe blik op de geschiedenis van de cartografie. Het beperkt zich niet tot de traditionele eurocentrische visie, maar laat ook zien hoe andere culturen de wereld bekeken.De geschiedenis van de cartografie is ook de geschiedenis van hoe verschillende samenlevingen zichzelf in relatie tot de rest van de wereld zagen. Op vroege Chinese kaarten is China het grootste land dat midden in de wereld ligt. Tegelijkertijd plaatsten Europese kaartenmakers Jeruzalem in het midden van hun kaarten om daarmee de kruistochten zowel religieus als intellectueel te rechtvaardigen. Iedere kaart weerspiegelt dus een visie van de samenleving en de tijd waarin hij werd gemaakt.De ontdekkingsreizigers van de vijftiende eeuw en daarna maakten het, samen met de technologische vernieuwingen, uiteindelijk mogelijk om de wereld in kaart te brengen zoals hij werkelijk is. Cartografie laat ook zien hoe kaarten werden gebruikt. Zo werd kennis vertroebeld door cartografen die eenvoudigweg verzonnen hoe land dat niet in kaart was gebracht, eruit moest zien, en lieten oorlogvoerende naties bewust verkeerde kaarten maken om de vijand in verwarring te brengen. Ook zijn kaarten gebruikt om imperiums te vestigen en te besturen, om de wereld vanuit verschillende culturele en economische perspectieven te laten zien, en de laatste tijd om de snelle veranderingen die de wereld ondergaat, naar buiten te brengen.Met zijn boeiende commentaren op en gedetailleerde beschrijvingen van de belangrijkste kaarten uit de geschiedenis is dit boek een verrassend overzicht van de cartografie.