De aanslagen van 11 september 2001 werden lang van tevoren gepland. Al in 1997 maakte een in Spanje wonende Syriër gedetail-leerde video-opnames van de Twin Towers in New York. Die band werd begin 1998 door een speciale koerier van Bin Laden in Spanje opgehaald en naar Afghanistan gebracht.

Na de aanslagen van 11 september 2001 zijn er rake klappen uitgedeeld aan Al-Qaida, het terreurnetwerk van Osama bin Laden. Maar Al-Qaida is zeker niet dood of ernstig verzwakt. Bin Laden laat nog steeds van zich horen en ook na ‘11 septem-ber’ pleegde Al-Qaida aanslagen in Djerba, Bali, Casablanca en, in 2004, in Madrid.
In Irak speelt Al-Qaida handig in op de chaos die na de interventie van de Amerikanen en de Britten ontstaan is. Al-Qaida is misschien minder hecht en centraal georgani-seerd dan voorheen, maar daarom niet minder gevaarlijk.

Ook in Nederland en België zijn Algerijnse en Marokkaanse terreur-groepen (GSPC, GICM, Tafkir wal Hijra, Salafi stische Jihad) actief. Deze hebben connecties met Al-Qaida en bereiden nieuwe aanslagen voor. Ze rekruteren jongeren in moskeeën en via internet.

Hoewel Al-Qaida niet achter de moord op Theo van Gogh zat, was de dader wel lid van de Hofstadgroep. Dit terreurnetwerk stond in nauw contact met leden van Al-Qaida in Spanje, enkele personen in de Hofstadgroep kregen een speciale training in Pakistan van een met Al-Qaida verbonden groepering. Aan de hand van een diepgaande studie van dossiers van politie en justitie in Nederland, Duitsland en Spanje wordt een realistisch beeld geschetst van een terreurdreiging die velen enkele jaren geleden nog voor onmogelijk hielden.