Inleiding Bedrijfseconomie is een zeer uitgebreide herziening van Basisstudie Bedrijfseconomie. In deze Inleiding komen verschillende competenties aan de orde die belangrijk zijn voor toekomstige bedrijfseconomen. Het besturen van organisaties, zowel uit de profit als non-profitsector, staat daarbij op de voorgrond. Functionarissen uit de praktijk komen in Inleiding Bedrijfseconomie aan het woord en lichten vanuit hun functie toe hoe zij hun organisatie aansturen. Deze praktische cases betreffen de ICT-sector, detacheringsbranche, onderwijs, zorgsector, adviseringsbranche, grafische sector, hightechindustrie en de luchtvaart. Aan de dienstverlenende sector wordt in Inleiding Bedrijfseconomie ruime aandacht besteed, door eenvoudige praktische voorbeelden op te nemen die dicht bij de belevingswereld van de studenten staan. De nadruk ligt op het bijbrengen van inzichten en het stellen van vragen die van belang zijn bij het besturen van organisaties. Deze methode richt zich op het stimuleren van het probleemoplossend vermogen van de student en niet op het aanleren van formules en trucjes.
Door de innovatieve en praktische benadering, die bij het schrijven van Inleiding Bedrijfseconomie als uitgangspunt is gekozen, is een goede wisselwerking tussen theorie en praktijk ontstaan. Daarbij is ook aandacht besteed aan multidisciplinaire verbanden. Zo leert de student onder andere verbanden zien tussen marketingbeslissingen en de bedrijfseconomische gevolgen daarvan.
In de uitgebreide docentenhandleiding is op een zeer innovatieve manier aansluiting gezocht bij de competentiebenadering in het onderwijs. Per opgave/case worden de bedrijfseconomische en andere competenties aangegeven zodat dit als belangrijk selectiecriterium voor de keuze van de opgaven/cases kan worden gebruikt.