Deze Élégie is het eerste deel uit ‘Morceaux de Fantaisie, opus 3’, een verzameling van vijf stukken voor piano solo. Rachmaninov (1873-1943) schreef het werk in 1892 vlak nadat hij was afgestudeerd aan het Moskou Conservatorium. Hij droeg het op aan een van zijn docenten daar, de pianist, componist en professor Anton Arenski. De toen 19 jarige en arme Rachmaninov liet het werk ook zien aan Peter Tsjaikovski die het zeer goed vond en hem aanmoedigde.

Jenö Hubay (1858-1934), bewerkte de Élégie voor viool en piano. Deze Hongaarse violist kreeg eerst les van zijn vader aan het conservatorium van Boedapest en daarna ging hij in Berlijn studeren bij Joseph Joachim en in Brussel bij Henry Vieuxtemps. Hubay was zo beloftevol dat hij meteen na de dood van Vieuxtemps professor werd aan het Brussels conservatorium. Trouwens, daar staat beneden in de hal van de grote Concertzaal nog steeds zijn borstbeeld. Jenö Hubay speelde samen met o.a. Liszt en Brahms en was de leraar van o.a. Joseph Szigeti, Stefi Geyer, André Gertler, Sandor Vegh... Hij wordt beschouwd als de vader van de Hongaarse vioolschool. Ook als componist – hij schreef o.a. vier vioolconcerto’s - is hij het ontdekken waard.

Hier 2 uitvoeringen van Hubay’s prachtige versie voor viool en piano:
https://www.youtube.com/watch?v=a-varoDpudk
https://www.youtube.com/watch?v=-v8VMl0dB_g
Voor de liefhebbers: een historische opname uit 1927:
https://www.youtube.com/watch?v=D4-pSr9TJJI

Partituur uit 1925 (1ste druk). Deze ongeveer honderdjarige heeft een mooi bruine patina, wat platgestreken plooien en een paar reparaties (zie foto’s). Geen aantekeningen en komt uit een rookvrije omgeving. In het algemeen nog in redelijk goede staat en bewaard in een zuurvrij polypropyleen hoesje.