Toen T. van Deel als opvolger van Herman de Coninck begon aan de samenstelling van De 100 beste gedichten van 1997, realiseerde hij zich nog niet dat de poëzie van het ene jaar grotendeels verschilt van die van het andere jaar. 'De meeste dichters, ook de productieve, kunnen niet elk jaar met een nieuwe bundel komen, en dat betekent dat de poëtische oogst in een aantal opeenvolgende jaren ook heel wat variatie laat zien [...] Ik voorspel dat de bloemlezing over 1998 een nog weer verdere uitbouw zal betekenen.'Wie déze bloemlezing, samengesteld door Wiljan van den Akker (vigerend juryvoorzitter van de VSB Poëzieprijs), vergelijkt met die van de vorige jaren, komt tot de conclusie dat Van Deels voorspelling een juiste was. De meeste dichters uit deze bundel kwamen nog niet voor in de eerdere edities. Onder hen de namen van bekende dichters als J. Bernlef, Hugo Claus, Eva Gerlach, Christine D'Haen, Esther Jansma, Gerrit Komrij, Willem Jan Otten en Elly de Waard, maar ook van jonge talenten als Erik Bindervoet, Wilbert Cornelissen, Serge van Duijnhoven, Rozalie Hirs, Peter van Lier, Ilja Leonard Pfeijffer en Mustafa Stitou.Evenals in de voorgaande jaren komt de uitgave tot stand in nauwe samenwerking tussen Uitgeverij De Arbeiderspers en de Stichting VSB Poëzieprijs.Wiljan van den Akker (1954) is hoogleraar Nederlandse taal- en letterkunde aan de Universiteit Utrecht. Eerder publiceerde hij onder meer een diepgravende studie over Martinus Nijhoff Een dichter schreit niet. Samen met Gillis Dorleijn bereidt hij een nieuwe geschiedenis van de moderne Nederlandse poëzie tussen 1880 en 1940 voor.