Hierin beschrijft Kluge op episodische wijze het verhaal van een Hamburgse kapitein en origineel die een onconventioneel gastronomisch etablissement opent in het Thüringer Woud . De afzonderlijke bouwfasen van de herberg staan ​​voor de verschillende levensfasen van het bereisde titelpersonage. De tragikomische Kortüm, voor wie "het leven zelf kunst wordt" (Paul Fechter), [4] neemt aan het einde van het boek afscheid van zijn werkterrein om als planetoïde in de ruimte te cirkelen .

Volgens literaire critici van de oorlogsgeneratie neemt Der Herr Kortüm in de Duitstalige literatuur van de eerste helft van de 20e eeuw een zekere uitzonderingspositie in, voor zover het zich richt op een "levendige, excentrieke excentrieke figuur" (Fricke/Klotz) [5] en daarmee conceptueel meer oudere auteurs als Jean Paul , Charles Dickens of Wilhelm Raabe volgt dan hedendaagse trends .

Kluge was de zoon van de hoofdleraar Otto Kluge (1853-1910) uit Lindenau bij Leipzig en de smidsdochter Amanda Koch uit Nietleben bij Halle. Zijn vader was organist en vrederechter , en Kurt toonde al op jonge leeftijd een breed scala aan muzikale talenten. Na zijn afstuderen aan de middelbare school (1904) ging hij naar de lerarenopleiding in Oschatz en in 1908 werd hij assistent-leraar op de basisschool in Großzschocher . Naast zijn baan als leraar werd hij schilder- en tekenstudent aan de Academie van Leipzig en vervolgde zijn studie in 1910 aan de Kunstacademie van Dresden . Hij was leerling vanMax Klinger . Met aquarellen , houtsneden , litho's , etsen en handtekeningen had hij voor het eerst erkenning gekregen toen hij in 1914 werd opgeroepen voor militaire dienst in de Eerste Wereldoorlog . Begin november 1914 raakte hij tijdens de slag om Ieper bij Becelaere in België zo zwaar gewond dat hij uiteindelijk van de oorlog naar huis terugkeerde .