Pelé (eigenlijk Edson Arantes do Nascimento, 1940) betwist met Johan Cruijff en Diego Maradona de aanspraak op de titel 'beste voetballer aller tijden', waarop de Braziliaanse voetbalster volgens velen het meeste recht kan doen gelden. Zelfs mensen die niets van voetbal weten, kennen zijn naam. Pelé was de beste van een generatie Braziliaanse voetballers die samen gezien worden als het meest getalenteerde en aantrekkelijkst spelende elftal dat er ooit geweest is. Met deze spelers werd Pelé drie keer (1958, 1962 en 1970) wereldkampioen. Zijn leven lijkt een sprookje: Pelé was in zijn jeugd schoenpoetser en ontwikkelde zich tot voetbalmiljonair en 'King of Soccer' ('Koning Voetbal'). Uitkomend voor FC Santos speelde hij zich op jeugdige leeftijd in de nationale ploeg, waarin hij zijn beroemdste successen behaalde. Pelé was een geniale voetballer. Zijn passes waren loepzuiver, zijn dribbels onnavolgbaar en zijn doelpunten – hij scoorde ongeveer dertienhonderd doelpunten in officiële wedstrijden (nog altijd een wereldrecord) – vaak van een weergaloze schoonheid. In zijn gehele spel legde 'De Zwarte Parel' een ongekende creativiteit aan den dag, die voetballiefhebbers vaak tot extase bracht. Hoe werd Pelé een wereldwijd icoon? Gewoon door de beste te zijn in zijn metier of had het ook te maken met andere kwaliteiten die hem werden toegedicht? In deze wereldwijd vertaalde autobiografie geeft Pelé opening van zaken en vertelt hij het hele verhaal over zijn arme jeugd, zijn bestaan als voetballer en zijn daaropvolgende carrières als politicus, internationaal sportambassadeur en cultureel icoon.