Alberto Giacometti (1901-1966) behoort tot de meest toonaangevende kunstenaars van de twintigste eeuw. Dit boek laat de reikwijdte van zijn oeuvre zien: van het Kubisme, de niet-westerse kunst en het Surrealisme tot aan de fragiele mensfiguren waarmee deze beeldhouwer, schilder en tekenaar zo beroemd is geworden.
In Giacometti's werk staat het menselijk lichaam centraal; soms levensgroot zoals de l'Homme qui marche, zijn Grandes Femmes en Grandes Têtes, dan weer op een formaat van slechts 4,5 centimeter hoog zoals Toute petite figurine.
Giacometti is geïntrigeerd door het voortschrijden van de tijd en zoekt naar beelden waarin verleden, heden en toekomst zijn samengebald. Hij raakt geobsedeerd door het portret. Talloze malen en steeds weer anders portretteert hij zijn broer Diego en zijn vrouw Annette. Ook zijn maîtresse Caroline en vrienden als Simone de Beauvoir en Jean-Paul Sartre poseren geduldig voor hem.
Dit rijk geïllustreerde boek, dat in samenwerking met Kunsthal Rotterdam en Fondation Alberto et Annette Giacometti tot stand kwam, gaat in op bekende en minder bekende aspecten van Giacometti's werk zoals de ontvangst en het belang ervan in Nederland.
Giacometti's grootste leermeester is Paul Cézanne. Maar de in zijn vroege jaren getekende kopieën naar schilderijen en etsen van Rembrandt verraden ook zijn bewondering voor de Hollandse meesters.