1. Bouman, L. Psychische Aktiviteit
1916, F. van Rossen, Amsterdam, 1 ed., 49 pp., Brochure, De omslag gebruind. In de marges van de bladzijden een vochtrandje zonder invloed op de tekst, rug fragile, enkele cm. Ingescheurd.
Rede gehouden bij de overdracht van het rectoraat der vrije universiteit, den 20sten October 1916.

2. Bouman, L. Involutions- und präsenile Psychosen
1929, F. van Rossen, Amsterdam, 1 ed., 309-387 pp., Brochure, Goed exemplaar, iets vergeeld, Psychiatrische en neurologische bladen No. 5 september/october 1929. 'Zur Frage der Involutionspsychosen'. In dit nummer ook:
• Van der Horst: Die psychopathologie der Involutionspsychosen
• Carp: Über den Anteil der Psychoanalytischen Auffassungen and der Kenntnis der Involutiven und Präsenilen Geistesstörungen.
• K.H. Bouman: Pathologische Anatomie der Hirnparenchyms in der Involutionsperiode

3 Bouman, L. Paranoia
1931, F.van Rossen, Amsterdam, 1e druk, 295-338 pp., Brochure, Goed exemplaar, iets vergeeld, Psychiatrische en neurologische bladen No.3 Mei/juni 1931. = het 'Paranoia-nummer '.
Bevat ook het artikel Die Erblichkeit der paranoiden Psychosen door Stuurman en Zur Psychoanalyse der Paranoiker door Westerman Holstijn.

4 Bouman, L. De nieuwere opvattingen omtrent de functies in het zenuwstelsel
1925, J. Van Druten, Utrecht, 1 ed., 29 pp., Brochure, Iets vergeeld maar goed exemplaar,
Rede uitgesproken bij de aanvaarding van het hoogleeraarsambt aan de rijks-universiteit te Utrecht op maandag 7 december 1925. Bouman:",
"...Om de psychotherapie uit de handen van Coué en anderen te houden en aan haar een wetenschappelijke fundering te geven, is het toch noodig, een juisten psychologischen grondslag te laten voorafgaan. Een niet gering deel van het succes van de psychoanalyse van Freud en de individueele therapie van Adler is daaraan te danken, dat ze eene neiging vertoonen, zich ten deele van de atomistische richting in de psychologie af te wenden. Deze heeft haar praktische ondeugdelijkheid bewezen en die haar huldigen, zijn, uitzonderingen