Paperback, in-8, 96 pp. Zeldzaam.

Op p. 29 lezen we: 'De grondslag van het kadaster van de fortuinen is gelegd, dit moet behouden blijven.' Het is opvallend dat de thema's die vlak na WO II ter sprake kwamen, vandaag - en zeker in verkiezingstijd - nog steeds aan de orde zijn. Vooral het opgepotte kapitaal, gebouwd op oorlogswinsten, was een heikel onderwerp.

Onze goede vriend Francis Nys van het Instituut voor Financiële Archeologie (IFA) leverde volgende bedenkingen bij de Operatie Gutt:

Gutt had nog wel enkele andere achterpoortjes.
alle waardepapieren gingen gesaneerd worden:
grote bankbiljetten alles binnen (zodat ze eindelijk zeker wisten hoeveel de Duitsers hadden bijgedrukt),
spaargeld een tijdje blokkeren.
Maar voor de aandelen, obligaties en andere waardepapieren een chaos :
alles moest ingeleverd worden maar, om zeker te zijn dat er niet gefoefeld werd met opkleef-stickers of stempels als bewijs van inlevering (zoals in Nederland), moesten alle Belgische of Congolese titels herdrukt worden met in een mooie kader "titre crée après le 6 octobre 1944" bovenaan.
Dit was bijna waterdicht, maar ...
- wat al failliet was vóór 19441006 moest niet meer binnen gebracht worden of herdrukt worden,
- wat al in liquidatie was vóór 19441006 moest niet meer binnen of herdrukt worden, ook niet de duizenden pvba's en nv's die in oktober 1944 in liquidatie gesteld werden en die met een feniks-constructie herrezen van oktober 1944.
- wat nooit gedrukt was, zoals nominatieve inschrijvingen in een Grootboek kon natuurlijk niet binnen gebracht worden, het Grootboek van het Ministerie van Financiën was heel gemakkelijk te controleren en op te volgen, maar het nominatieve aandelenregister van de Royale Belge, de Generale of Cockerill werd in hoofdzaak gecontroleerd op eenvoudige verklaring van de firma.
- buitenlandse titels die niet in België op de beurs noteerden kon je misschien wel binnen vragen, maar natuurlijk niet doen herdrukken: wie zijn 1000 US-dollar-obligaties van de Atchison, Topeka & Santa Fé Railroad had gemeld, kreeg een opkleefbladje van zijn bank, wie het vergeten was kreeg niks, maar de obligaties bleven natuurlijk wel goed, want bij AT&SF veegden ze daar hun Amerikaanse voeten aan.
- buitenlandse titels die hier wel noteerden: suivant la tête du client
- beleggingsfondsen: helemaal vergeten, gepoolde beleggingen (voorloper beleggingsfondsen) ook vergeten
- caritatieve instellingen : weer niks
- wie in oktober/november 1944 niet in België was (vluchteling, gevangene, businessman in Argentinië, weggevoerde, tewerkgesteld in Duitsland, concentratiekamp, Duits leger, Vlaamse SS, brigade Piron, Oostkantons, ... of wie in Congo zat terwijl zijn papieren in België in een kluisje lagen) had richting spaarboekje geen probleem, richting bankbiljetten soms, maar richting waardepapieren: regularisatie suivant la tête du client, ...