Het klooster van Chevetogne, gelegen aan de rand van de Belgische Ardennen, oefent een grote aantrekkingskracht uit op mensen van allerlei gezindten en uit alle windstreken, mensen die op zoek zijn naar rust, stilte en bezinning. Het klooster, dat bij velen tegenwoordig ook bekend is van de cd-opnamen met Slavische liturgische gezangen, is in 1925 gesticht door de benedictijner monnik Dom Lambert Beauduin.Lambert Beauduin nam in 1909 het initiatief tot de Liturgische Beweging, waarin de gelovigen werden opgeroepen tot actieve deelname aan de liturgie. Hij heeft ook bijgedragen aan een nieuwe benadering van de oosters-orthodoxe christenen: niet proberen de ander te bekeren, maar naar de ander te luisteren om hem te kennen, te begrijpen, te respecteren en lief te hebben. De stichting van het Klooster van de Eenheid te Amay, later verplaatst naar Chevetogne, was de eerste blijvende stap van deze nieuwe geest binnen de katholieke wereld.Opgegroeid in een traditionele plattelandsfamilie, leek Beauduin voorbestemd om een Waalse dorpspastoor te worden. Maar hij bleek over de zeldzame gave te beschikken om het belang van een idee te overzien en deze in de praktijk om te zetten. Niets zo gevaarlijk als een voorloper te zijn! De kerkelijke autoriteiten vreesden de aantrekkingskracht die hij op jongeren uitoefende door zijn visie op het kloosterleven. Beauduin werd verbannen uit Chevetogne, maar dat betekende allerminst dat zijn geest werd gedoofd. Integendeel, hij doorkruiste Frankrijk en getuigde van zijn ideeën en zijn spiritualiteit. Na twintig jaar ballingschap mocht hij in 1951 als gast terugkeren naar zijn klooster Chevetogne. Hij is dan 78. De kerkelijke autoriteiten hebben hem niet gespaard, maar volgens getuigenissen van velen is zijn liefde voor de kerk tot zijn overlijden in 1960 zijn belangrijkste charisma gebleven.